Na het onafhankelijk worden van Indonesië repatrieerden veel Indische Nederlanders (Indo’s) in de jaren ’50 van de vorige eeuw naar Nederland. Zij introduceerden hier Pencak Silat. Eerst voornamelijk in het kleinere verband van familie, vrienden en bekenden. In huiskamers, garages of op de zolder werd vooral effectieve zelfverdediging (Bela Diri) beoefend.
Langzaam maar zeker breidde de schare van geïnteresseerden zich uit. Dit resulteerde in de jaren ’70 in het ontstaan van een groot aantal verenigingen en het geven van talrijke demonstraties tijdens plaatselijke of landelijke evenementen.
Tegenwoordig is er op internet een groot aanbod van Pencak Silat verenigingen. Pencak Silat wordt ook nog steeds in kleinere verbanden beoefend. Deze verbanden houden zich voornamelijk bezig met de pure zelfverdedigingaspecten van Pencak Silat, of zijn niet geïnteresseerd in de gereglementeerde wedstrijdvormen. De officiële wedstrijdvorm wordt vaak gezien als een aanzienlijke beperking (verarming) van het brede scala aan mogelijkheden dat Pencak Silat biedt.